Uitgever | Knipscheer |
Uitgavejaar | 2000 |
ISBN13 | 9789067730242 |
Taal | Nederlands |
Type | Paperback |
Bloemen in het zand laat in woord en beeld het kunstenaarschap zien van Pieter Wiegersma, die op 23 mei 2009 in Brussel overleed. Een prachtig vormgegeven kunstboek op het grote formaat van 29 cm x 24,5 cm.
Pieter Wiegersma wordt vaak aangeduid als 'de zoon van' Hendrik Wiegersma, het vermaarde dubbeltalent, arts en schilder uit Deurne. Die aanduiding is een beetje de tragiek van alle zonen en dochters van beroemde vaders. Het is ook waar dat een deel van Pieter Wiegersma's werk in het teken staat van en zelfs gewijd is aan zijn vader: diverse publicaties en het oprichten van Gemeentemuseum De Wieger, waar hij zelf tien jaar lang artistiek directeur was.
Echter, Pieter Wiegersma (1920) is vooral zelf ook beeldend kunstenaar van met name monumentaal werk (glas-in-lood, wandtapijten, mozaïek), en heeft daarnaast ook naam gemaakt met zijn sieraden, als schilder en tekenaar, en als schrijver van verhalenbundels waarin hij zijn ontmoetingen van kind af aan met de groten uit de (kunst)wereld van het interbellum beschrijft : 'Postbode van de hemel' (o.a. Haile Selassie, Rik Wouters, over Ossip Zadkine, Constant Permeke, Charles Albert Cingria) en 'Vriendschap in enveloppen' (o.a. Anton Coolen, Jan Engelman, Jacq Bloem, Otto van Rees, Baron Guy de Rothschild, Baron Etienne van Zuylen).
Zijn solotentoonstellingen en groepsexposities van de laatste zestig jaar zijn misschien op een pagina te noemen. Toch is een belangrijk deel van zijn werk voortdurend te zien en openbaar toegankelijk op een kleine honderd locaties: (gebrandschilderd) glas-in-lood in talrijke kerken en kapellen (waaronder de St. Janskathedraal in Den Bosch), keramiek, mozaïek, wandtapijten in onder meer provinciehuizen, gemeentehuizen, ziekenhuizen, scholen en banken.
Bloemen in het zand bevat vier inleidingen (door de kunstpublicisten Lex van de Haterd, Rob Smolders, Maarten Beks en Jef van de Sande), die elk een aspect van Wiegersma's veelzijdigheid belichten, gevolgd door ruim 50 pagina's reproducties van zijn werk, waarvan 37 in vierkleuren, en besloten met een uitgebreide appendix.