Het Vlaams bouwmeesterschap 1999-2005

In 1998 werd in Vlaanderen voor de allereerste keer een Vlaamse bouwmeester aangeduid. De bouwmeester werd verantwoordelijk voor de architecturale kwaliteit van de Vlaamse overheidsgebouwen. De architectuur van die gebouwen was volgens vele critici meer dan belabberd. Belangrijke architecten kregen van de overheid vrijwel geen kansen en de publieke gebouwen waren het resultaat van een gepolitiseerd en marktgericht beleid dat nagenoeg uitsluitend werkte met bouwpromotoren. De jonge en ambitieuze Vlaamse overheid wilde komaf maken met de anonieme aanwezigheid van haar overheidsdiensten in een versplinterd en verstedelijkt landschap. Ze wilde ook haar culturele verantwoordelijkheden duidelijk maken in de nieuw te bouwen huisvesting voor haar ambtenaren.
De eerste Vlaamse bouwmeester, architect bOb van Reeth, ontwikkelde in de daaropvolgende jaren een werkbaar kader dat de overheid, als opdrachtgever, voldoende verantwoordelijkheid gaf om te komen tot kwaliteitsvolle publieke gebouwen. Dit boek, dat geschreven werd in opdracht van huidig Vlaams bouwmeester Marcel Smets, schetst hoe met vallen en opstaan het Vlaams bouwmeesterschap uitgroeide tot een succesverhaal dat internationale waardering geniet.

Marc Santens (1943) is licentiaat filosofie en was zes jaar adjunct-bouwmeester van de eerste Vlaamse bouwmeester bOb van Reeth.
Jan de Zutter (1962) is licentiaat kunstgeschiedenis en oudheidkunde en auteur.