Uitgever | Amsterdam University Press |
Uitgavejaar | 2010 |
ISBN13 | 9789056296490 |
Taal | Nederlands |
Type | Paperback |
Personen die kunnen nadenken over welk leven ze willen leven en daarover beslissingen kunnen nemen, zijn autonome personen. En een samenleving waarin wij willen leven en die we goedkeuren omdat ze ons allen de mogelijkheden geeft onze interesses en ons karakter te vormen is een rechtvaardige samenleving. Autonomie en rechtvaardigheid horen bij elkaar: de oude aristotelische principiĆ«le vraag – wat een goed leven is – stellen en beantwoorden we voor onszelf als autonoom persoon wanneer we proberen afstand te nemen tot onze eigen wensen, tot de rollen die we te spelen kregen en de normen waarnaar we ons richten, en wanneer we ons afvragen: wat wil ik nu zelf? Maar autonoom zijn personen altijd al in een sociale of maatschappelijke context. En dit is dan ook precies het punt waarop vragen van autonomie raken aan vragen van rechtvaardigheid en daarmee samengaan. Want hoe we met anderen samenleven, welke mogelijkheden we in een samenleving hebben en hoe deze mogelijkheden verdeeld zijn, dat alles is direct van belang voor onszelf en voor de vraag hoe wij ons leven kunnen leiden.